In de loop van de jaren is het aansturen van de tractie meerdere keren aangepast
- Begonnen is met de standaard oude wisselstroom trafo van Märklin. Een van de twee railstaven diende als massa retourstroom, de andere rail werd in blokken verdeeld en diende als spoorbezetmelding. Dit is altijd zo gebleven tot nu toe. Voor een sein werd een stuk van de middenrail geïsoleerd en stroomloos geschakeld bij onveilig sein. Omkeren van rijrichting ging met de klassieke overspanningspuls met de rare sprongetjes die een locomotief dan maakte
- De wisselstroom voeding werd gewijzigd in gelijkstroom met een diode in de locomotief richting motor en een diode in de andere richting voor het omkeer relais. Gereden werd met positieve spanning, gekeerd met negatieve spanning. Daardoor geen sprongetjes meer.
- De analoge gelijkspanning werd gewijzigd in een blokspanning met constante amplitude (15V) en variabele duty cycle om snelheid te regelen. Starten en langzaamloop werden er een stuk beter op.
- Rond 1985 al werd alles omgebouwd op digitaal rijden, eerst Motorola-I en later ook Motorola-II. Voor het opwekken van de digitale rijspanning werd gekozen voor een softwarematige oplossing met een Commodore 64 en dat werkt nog steeds zo.
- Recent heb ik ervaring opgedaan met het programmeren van het DCC protocol op een PIC-Microcontroller.
Met digitale aandrijving verandert ook het aansturen om te stoppen voor onveilige seinen.
Middenrail schakelen kan wel nog en verbinding houden met de rij-spanning via een 15k weerstand zorgde er dan voor dat de Motorola-I decoder in de trein de rijrichting bleef onthouden.
Met Motorola-ii decoders kwam de mogelijkheid om met een zgn. Märklin remsectie langzaam afremmend tot stilstand te komen. Vóór het sein moet de middenrail dan in drie secties gedeeld worden, een korte overgangssectie, een langere remsectie en een korte noodstopsectie.
Een derde methode die hier is toegepast is om de blokbezet-railstaaf voor een kort deel vóór het sein te scheiden van het deel daarvoor en bezet raken van dat stukje rail te gebruiken als signaal om de trein te stoppen bij rood licht.
Dat heeft diverse voordelen
- De middenrail wordt nergens onderbroken dus alle digitaal aangestuurde commando's worden altijd en overal ontvangen.
- Het stopsignaal komt bij het binnenrijden van de eerste as op de signaalrail voor het rode licht, dus ook duw-treinen met een stroomopnemend sleepcontact achteraan onder de duwende locomotief stoppen op tijd.
- Op enkelspoor met twee-richtingsverkeer worden seinen die van achteren benaderd worden zonder verdere hardware aanpassingen gepasseerd. Dat wordt verderop nog nader toegelicht.
Een nadeel is dat in het besturingssysteem bekend moet zijn welke trein het is die het rode licht nadert en gestopt moet worden. Trein-nummer (decoder adres) en bloknummer waar die trein zich bevindt moeten dus steeds gekoppeld blijven. Dat kan softwarematig geregeld worden en behoeft geen extra hardware.